
Tweede Kamer stemt met meerderheid tegen verlagen kansspelbelasting
Tweede Kamer stemt met meerderheid tegen verlagen kansspelbelasting
Vorige | VolgendeAlle moties zijn aangenomen die tijdens het laatste tweeminutendebat over kansspelen werden ingediend. Onder andere de motie van Rudmer Heerema, om de eerder afgesproken voorgenomen verlaging van de kansspelbelasting niet door te voeren maar ten goede te laten komen aan sport en verslavingspreventie, kreeg de meerderheid van de stemmen.
Op 1 november werd er in de Tweede Kamer gestemd over verschillende moties die ingediend waren. Zo kwamen ook de moties ter sprake die ingediend werden tijdens het tweeminutendebat Kansspelen op 20 oktober.
Rudmer Heerema, Mirjam Bikker en Michiel van Nispen hebben tijdens dit debat vier moties ingediend die ‘’oordeel kamer’’ kregen. Bikker had ook een motie over cryptovaluta ingediend, maar die werd aangehouden en daarom werd daar niet over gestemd.
Heerma heeft enkele dagen na het tweeminutendebat besloten alsnog een verzoek van de minister voor Rechtsbescherming in te willigen. Tijdens het tweeminutendebat stelde minister Franc Weerwind al dat de termijn die Heerema voor ogen had, niet haalbaar was voor het verzoek van het VVD-Kamerlid. Heerema hield namelijk de eerstvolgende voorjaarsnota aan. Later kon de motie alsnog ‘’oordeel kamer’’ krijgen, omdat de motie gewijzigd werd en het termijn bij werd gesteld naar 2024.
Op 1 november kon er uiteindelijk gestemd worden op de moties. Er werden vier moties ingediend door drie Kamerleden en deze zijn allemaal aangenomen. Alle moties hadden betrekking op het kansspelbeleid.
Verbetering verslavingspreventie
Tijdens het tweeminutendebat diende Mirjam Bikker een motie in op preventie van kansspelverslaving te verbeteren. Zij wil dat er meer wetenschappelijk onderbouwde interventies gaan plaatsvinden en dat er een breder preventieaanbod komt voor de risicogroepen. Opvallend was dat Bikker wilde dat deze verslavingspreventie plaatsvindt zonder inmenging van of in samenwerking met online kansspelaanbieders.
Zestien van de twintig partijen waren het eens met de motie van Bikker. Groep Van Haga, PVV, Forum van Democratie en Lid Gündoğan waren de enige partijen die het niet eens waren met de motie.
De motie die aan is genomen kan er uiteindelijk voor zorgen dat er meer geïnvesteerd gaat worden in het kansspelverslavingsfonds. De legale online kansspelaanbieders dragen momenteel 0,25% van hun Gross Gaming Revenue af aan het fonds. In de eerste negen maanden na de legalisering van online gokken in Nederland bracht dit 1,7 miljoen euro op. Dit was te weinig in de ogen van Bikker.
Capaciteit van Kansspelautoriteit moet vergroten
Motie 200 werd ingediend door Michiel van Nispen. Hoelang het duurt voor een door de aanbieders opgelegde inschrijving in het Cruks systeem, is één van de punten waar de Kamerleden over vielen in het debat. Zodoende is de motie van Van Nispen tot stand gekomen.
Van Nispen wilde met zijn motie zorgen voor voldoende capaciteit bij de Kansspelautoriteit (KSA). Dit moet ervoor zorgen dat de toezichthouder al zijn taken naar behoren kan uitvoeren. Zo kan het proces van een gedwongen Cruks-inschrijving versnellen, maar ook kan er op die manier meer actie genomen worden tegen illegale online casino’s in Nederland.
Zeventien partijen waren het eens met de motie van het SP-Kamerlid. VVd, Groep van Haga en Lid Gündoğan waren de enige partijen die het hier niet mee eens waren. De meerderheid stemde dus voor en daardoor is de motie aangenomen.
Uitgaven marketing met afdracht verslavingspreventie in lijn brengen
Ook motie 201 werd door Van Nispen ingediend. De eerdergenoemde 0,25% die online casino’s afdragen aan het verslavingspreventiefonds is volgens hem te laag. Hij wees in het tweeminutendebat op de grote verschillen tussen het geld dat gaat naar verslavingspreventie en het geldt dat uit wordt gegeven aan reclame-uitingen.
Eerder deze week werden er door onderzoeksbureau Nielsen cijfers naar buiten gebracht, waaruit blijkt dat er in een jaar tijd 135 miljoen uit is gegeven door kansspelaanbieder aan gokreclames. Naar schatting zou er zo’n 2 miljoen euro uit zijn gegeven aan het verslavingspreventiefonds.
Deze scheve verhouding moet volgens Van Nispen recht worden getrokken en daardoor heeft hij motie 201 ingediend. Hij wil dat dit recht wordt getrokken, want hij is ‘’van mening dat de balans tussen aan de ene kant wervende activiteiten van de gokbranche en aan de andere kant de activiteiten om verslavingen te voorkomen zoek is.’’
Verlaging kansspelbelasting terugdraaien voor sport en preventie
Op de gewijzigde motie van Rudmer Heerema werd ook gestemd. Hierbij heeft hij onder andere zijn zorgen uitgesproken.
Vanaf 2025 mogen online kansspelaanbieders geen sportclubs of evenementen meer sponsoren. Volgens Heerema heeft dit grote gevolgen. De Nederlandse voetbalbond, de KNVB, heeft hier ook al haar zorgen over uitgesproken. Volgens de voetbalbond zou het sponsorverbod de voetbalwereld zo’n 70 miljoen euro per jaar gaan kosten.
Heerema maakt hier zich druk om en dat is nog niet alles. In 2024 gaat er een verbod in op sponsoring van evenementen. Heerema heeft ook een rol vervult als woordvoerder sportbeleid en denkt dat er hier grote gevolgen aan zitten. Het verbod zou er volgens hem voor zorgen dat Nederland geen grote sportevenementen meer kan organiseren, omdat evenementen regelmatig goksponsoren hebben.
Eerder probeerde Heerema om het sponsorverbod uit het reclameverbod te halen, maar dit lukte niet. Hij kwam daardoor met een andere oplossing. Hij wilde dat de eerder overeengekomen verlaging van de kansspelbelasting, van 29% naar 25%, niet door te voeren. Het geld dat hiermee gemoeid is, wilt hij in tweeën delen. Het ene deel zou dan bestemd zijn voor verslavingspreventie.