
Loterijverlies deed bod op staatsaandelen Nederlandse Loterij
Loterijverlies deed bod op staatsaandelen Nederlandse Loterij
Vorige VolgendeClaimstichting Loterijverlies heeft in 2018 een bod gedaan op de aandelen die de Nederlandse staat bezit bij het gokbedrijf Nederlandse Loterij. Volgens de claimstichting was het aanbod erg aantrekkelijk voor de staat, omdat de deal ervoor zorgen dat de claim tegen het gokbedrijf zou worden opgeheven.
Afgelopen week is er een besluit gepubliceerd op een Woo-verzoek waarin werd gevraagd om openbaarheid van documenten over de Staatsloterij, haar moederbedrijf Nederlandse Loterij, en de kwestie rond de stichting Loterijverlies. De gepubliceerde documenten laten zien dat dat stichting Loterijverlies een bod heeft gedaan op de staatsaandelen van Nederlandse Loterij, moederbedrijf van de Staatsloterij.
Afzien van de ingediende miljoenenclaim
Uit de stukken blijkt dat de stichting in oktober 2017 een brief heeft gestuurd naar de toenmalig minister van Financiën, waarin er een bod gedaan werd op Nederlandse Loterij. De stichting liet bovendien in de brief weten dat ze zouden afzien van de ingediende miljoenenclaim en verdere procedures, op het moment dat er akkoord gegaan werd met het bod.
Volgens Loterijverlies was het aanbod zeer aantrekkelijk voor de Nederlandse staat. Dit komt doordat de claim erg omvangrijk was. In de documenten worden er geen bedrag genoemd en ook de hoogte van het bod is tot nu toe niet duidelijk.
Niet ingegaan op bod
Op 31 januari 2018 liet de staatssecretaris van Financiën in een brief aan Loterijverlies weten dat er op dat moment geen sprake was van een mogelijke verkoop van het staatsbelang in de Nederlandse Loterij. Dit zorgde ervoor dat de staatssecretaris besloot om verder niet in te gaan op het bod van de stichting.
In februari 2018 werd het al snel duidelijk hoe omvangrijk de claim was. Dit werd duidelijk toen de Belastingdienst de loterijverlies-oprichter Ferdy Roet een miljoenenheffing oplegde. De Belastingdienst gaf hierbij aan dat de claim van de stichting €379 miljoen waard was.
Dezelfde oprichter kreeg een celstraf van 2 jaar opgelegd in 2021. Deze celstraf is opgelegd wegens misdrijven als valsheid in geschrifte, verduistering, witwassen en belastingfraude. Volgens het Openbaar Ministerie gebruikte de oprichter het geld van de stichting vooral om een luxe leven te kunnen bekostigen. De oprichter verduisterde €2,8 miljoen van de stichting, door facturen van €2,8 miljoen door te sturen voor werkzaamheden die enkel €157.000 gekost zouden hebben.